Reisverslag Japan

Hilarische indrukken van een eerste rondreis door Japan,
door een van onze medewerkers


Japanners
Op de Japanse wokgroenten van de Albert Heijn na, was mijn enige Japanervaring tot voor kort die keren dat ik met mijn fiets weer eens bleef steken in een horde Japanse toeristen bij het Anne Frankhuis. Die staan daar ‘s ochtends met drommen op de stoep en op de straat, natuurlijk gigantisch in de weg voor een naar zijn werk fietsende fietser. Op het gerinkel van mijn bel ontvang ik slechts verwonderde blikken. Ze snappen het niet, denk ik dan zuchtend.....

Taalbarrière
Maar sinds mijn reis naar Japan weet ik beter: daar maken zowel fietsers als voetgangers gebruik van één en dezelfde openbare ruimte, nl. het trottoir. Hoe vaak ik wel niet bijna van mijn sokken gefietst ben, durf ik niet te zeggen, maar altijd met een vriendelijke lach en zonder de verwensingen die je in zo'n situatie bij ons in Nederland kunt verwachten.
Niet dat ik die dan verstaan zou hebben, want - zoals dat in Japan gebruikelijk is - als toerist word je gewoon ten allen tijde in het Japans aangesproken. In winkels, bij bezienswaardigheden, in restaurants, overal krijg je een vergelijkbaar welkomstriedeltje in het Japans over je uitgestrooid. De vriendelijke non-verbale communicatie die daarmee gepaard gaat, maakt gelukkig al dat het in veel gevallen duidelijk is wat er bedoeld wordt. Maar mocht je daarna tóch nog een vraag stellen, dan is de kans groot dat die beantwoord wordt met een verlegen gegiebel. En weldra wordt er een collega bijgetrokken die wat beter met de Engelse taal uit de voeten kan. Tja, het blijft vaak een beetje behelpen in Japan, maar de bereidwilligheid je zo goed mogelijk ten dienst te zijn, maakt alle taaldrempels meer dan goed.

Automatisch
Ook op het terrein van de geschreven taal kan de Nederlandse bezoeker soms aardig het spoor bijster raken. De meeste straatnaamborden en wegwijzers zijn in het Japans, prijslijsten en menukaarten idem dito. Gelukkig staan alle gerechten ook altijd op zijn minst met een foto afgebeeld. En soms zelfs driedimensionaal in waarheidsgetrouwe plastic namaaksels uitgestald in een vitrine. Dus je kunt gewoon aanwijzen wat je wilt hebben. Tegenwoordig doen de snelste eettentjes nog eens een extra schepje bovenop dit bestelgemak: je stopt geld in een automaat naast de entree, drukt op de knop met de foto van je keuzegerecht, er komt een bonnetje uitgerold (met eventueel je wisselgeld), dat je dan afgeeft aan de aanwezige ober – die zichtbaar blij is dat ie wat te doen heeft - en na een luttele wachttijd wordt je maaltijd aan je tafel afgeleverd.
Niet alleen in de fastfood-restaurants winnen de verkoopautomaten terrein. Op bijna elke hoek van de straat staan dergelijke 'vending machines' opgesteld. Je kunt er terecht voor een reep chocolade, een flesje cola, een zakje nootjes, etc.. Ja zelfs voor loeihete koffie uit een blikje! En dat 24 uur per dag. Alleen al in Tokio staan er maar liefst zo'n zes miljoen. Bijna een net zo vertrouwd beeld vormen de geldautomaten (ATM's). In feite heb je in Japan niet meer nodig dan je pinpas. Heel handig dus, zou je denken. Toch zitten hier wat haken en ogen aan: bijna geen enkele automaat accepteert buitenlandse kaarten. Zelfs die met de logo's van Visa en MasterCard lusten alléén maar kaarten die in Japan zijn afgegeven. Deze ontdekking kan de argeloze toerist begrijpelijkerwijs even wat ademnood bezorgen. Maar de redding is altijd nabij, want over heel Japan zijn alle postkantoren uitgerust met ATM's waar je wél met je Nederlandse pas geld kunt pinnen. Schrik niet van alle Japanse lettertekens, érgens zit een knop "English Guidance", en de rest wijst zich vanzelf.

Foefjes
Voor de laatste snufjes op gebied van technologie is Japan een waar smulparadijs. Voorverwarmde WC-brillen horen bijna standaard op elk hotelkamertoilet. Openbare toiletten in winkelcentra en metrostations zijn vanwege de gehorigheid ook nog eens voorzien van een knop met doorspoelgeluiden. Onderzoek heeft uitgewezen dat dit aanmerkelijk scheelt in het waterverbruik. Een ander opvallend verschijnsel in dergelijke drukbezochte plaatsen is het brillen-poetsapparaat: je steekt je bril een minuutje in een bak met borrelend water met een chemisch schoonmaakmiddel, vervolgens in een bak met spoelwater, tot slot hou je 'm boven een blazer van warme lucht en je ziet de hele dag alles weer glashelder.

Wow!
De Japanse metrosysteem is sowieso een excursie op zichzelf. Ik heb me er wel eens over verbaasd dat in zo'n enorme wereldstad als Tokio - met haar hemelhoge kantoorcomplexen, waar toch duizenden mensen werken - er op straat maar weinig te merken is van woon-werkverkeer. Een ochtendritje met de metro verklaart echter alles: de mierenhoop bevindt zich onder de grond! Het stelsel van metrolijnen lijkt op het eerste gezicht een doolhof waar je nooit meer uitkomt, maar even oefenen en je kunt niet meer zonder. Tijdens de ochtend- en avondspits is het op sommige lijnen zo druk, dat er een medewerker van de Japanse metro aan te pas moet komen om de massa letterlijk de coupé in te duwen, omdat anders de deuren niet dicht kunnen. Dagelijks dalen miljoenen hoofdstadbewoners de trappen af van het dichtst bij hun huis gelegen metrostation, om aan het eind van de dag weer via diezelfde trappen naar boven te komen. Velen komen in tussentijd niet op straat: vanaf elk belangrijk station - en dat zijn er vele in Tokio - lopen ondergrondse wandelpromenades naar de diverse businesscentra en shopping malls. Deze gangen vormen met hun eettentjes en boetiekjes een wereld op zich en je zou er makkelijk een hele dag kunnendoorbrengen.
Maar ook bóven de grond val je van de ene verbazing in de andere. Zo stond ik tijdens een wandeling door de winkelstraten van de wijk Harajuku ineens voor een hondenmodezaak. Vanuit de etalage keek een aangeklede nepviervoeter me ‘cool’ door zijn zonnebril tegemoet. Binnen hingen de hondentuinbroekjes en -jurkjes keurig uitgestald in de rekken. Ook voor fleurige hondenriemen en creatief vormgegeven brokkenbakken kun je er terecht… Japanners hebben wat met honden. Op een plein voor het treinstation van het bruisende Shibuya staat een standbeeld van het hondje Hachiko. Op zich een weinig opzienbarend kunstwerk. Het verhaal erachter is daarentegen ontroerend. In de jaren ’20 woonde er in Shibuya een professor, die elke dag, wanneer hij met de trein terugkwam van zijn werk, trouw door zijn hond werd opgewacht bij het station. Toen de goede man overleed, bleef het dier nog tien jaar lang dagelijks naar het station gaan in de ijdele hoop zijn baasje daar te treffen… Dit aandoenlijke tafereel bleef de Japanners niet onopgemerkt en ze besloten voor het arme beestje een standbeeld op te richten.


René van Helvoort
2008

Ontvang onze nieuwsbrief

Uw e-mail adres:

Cookies en privacy

De website van Dimsum Reizen maakt gebruik van cookies. Deze cookies onderscheiden we in de categorieën functionele, analytische, advertentie en Social Media Cookies.

Cookiebeleid Dimsum Reizen
Privacy policy

Social media